Je kunt deze tekst eventueel als pdf downloaden.

SLAKKENGANGETJE
Het slakkenseizoen is aangebroken; het is
weer wat zonniger en minder fris. Kortom,
tijd voor de slakken om uit hun winterslaap
te ontwaken, tevoorschijn te komen en zich
voort te planten. Voordat we ‘s morgens
met de auto vertrekken, controleert onze
dochter – na een regenachtige nacht – al-
tijd de oprit op slakken. Als ze er een vindt,
brengt ze die in veiligheid door hem / haar
ergens tussen de struiken te leggen. Nu we
nog geen aardbeien- en tomatenplantjes
hebben, vind ik dat geen probleem.
Zo ontdekte ze mama-papa-slak met
kindje. Ik heb het eenoudergezin meteen
getagd en ben op internet gaan googlen over het leven van dit weekdier. Slakken zijn twee-
slachtig. Als ze elkaar via het slijmspoor hebben gevonden, betasten ze elkaar en drukken
hun lichaam tegen elkaar. De geslachtsorganen zitten aan de rechterkant, net achter de
kop. Tijdens de paring schieten ze een liefdespijl van kalk in de voet van de partner waar-
door de zaadlozing wordt geprikkeld. Na enkele uren laten ze elkaar los en gaan ze ieder
hun eigen weg. Enkele weken na de paring begraven ze twintig tot dertig eitjes in de grond.
Na zo’n twee weken komen de eitjes uit. De slakjes blijven echter nog enkele weken onder
de grond en voeden zich daar met kalk en algen.
Sommige exemplaren dragen hun spiraalvormige huis, dat gemaakt is van kalk – net als
onze botten – bij zich. Hun lange en gespierde lichaam is zacht (week) en vochtig. Ze heb-
ben geen oren om mee te HOREN, maar sommige soorten hebben wel ogen op steeltjes,
waarmee ze overigens niet veel ZIEN en alleen licht en donker waarnemen. Onder de ogen
zitten kortere tentakels, die dienen als gps en voel- en reukorgaan. Als ze onraad ‘ruiken’,
trekken ze gewoon alle tentakels in. Misschien denken ze, net als kleuters die hun ogen
bedekken, dat ze dan niet worden gezien ...
Onder de tasttentakels zit hun mond waarin een raspachtige tong en duizenden kleine tanden
zitten die dienen om hun voedsel jn te maken. Ze eten voornamelijk planten, maar ze kunnen
ook ineens veranderen in een carnivoor door een regenworm op te eten als ze die onderweg
tegenkomen. Bij de mond zit een klier, die slijm produceert waarmee ze de weg uitzetten; zo
kunnen ze zich makkelijk over hun eigen slijm voortbewegen en dit slakkenspoor, dat een eigen
reuk afgeeft, terugvinden om hun slaap- en voorraadplaats weer op te zoeken. De klier kan
ook nog een andere reuk afgeven om vijanden af te schrikken. Hoewel hun huis stevig is en een
ideale schuilplaats biedt, zijn ze niet opgewassen tegen kevers, muizen, slangen, vogels, egels,
mollen en kikkers. De grootste vijand is de zon, die hun lichaam snel kan doen uitdrogen.
Hoewel slakken niet beschikken over alle vijf de zintuigen, zijn de andere zintuigen sterk ontwik-
keld en kunnen ook zij zintuigelijk (be)leven. Daar kunnen wij mensen nog wat van leren. Verder
nemen ze de tijd om alles te DOEN en gaan in hun eigen slakkengangetje door het leven.
COMMUNICATIEBUREAU
totaalbeleving in communicatie
Astrid Brandt
t +32 89 24 36 08 | m +31 6 15 13 17 19
e hallo@horen-zien-doen.nu | i horen-zien-doen.nu